Ongeveer de meest gestelde vraag van een new mommy on the block: doe ik het wel goed? Ik zie mezelf nog staan in de kraamweek: het eerste badje van mijn dochter. Ik kon amper op mijn benen staan, want: veel bloed verloren tijdens de bevalling, en het zweet gutste tussen mijn borsten en liep in straaltjes van mijn hoofd af, maar ik moest en zou haar in badje doen, afdrogen en aankleden.
Eenmaal in water zette onze dochter het op een krijsen. ‘De meeste baby’s vinden het heel ontspannend’, zei de weekend-kraamhulp. Onze baby vond het maar niks en op het aankleedkussen bibberde ze zo zielig en kwam ze ook niet tot bedaren.
De eerste dagen kon ik het bed amper uit. Zelfs bij naar de wc gaan had ik hulp nodig, dus verschonen en aankleden had ik eigenlijk nog nooit gedaan. En zoals dat gaat bij een newborn is dat onwennig. Fragiel. Spannend. Ik bedoel: die kleine handjes en armpjes die in een rompertje gefiemeld moeten worden, en dan hebben we het nog niet over dat nekje dat alle kanten op gaat als je niet uitkijkt. Gevolg? Dochter stopte niet met krijsen en mama kreeg het Spaans benauwd. Letterlijk en figuurlijk, want de temperatuur steeg aanzienlijk in de babykamer (deuren en ramen moesten dicht vanwege de tocht) en die hormonale zweetbuien helpen dan ook alles behalve mee.
Na wat sjorren lukte het toch om haar – met hulp van de liefste vader – aan te kleden en daarna stortte ik uitgeput neer in bed. ‘Je moet huilen he?’, vroeg mijn vriend. ‘Nee hoor’, zei ik met een bibberende stem, waarna de kraamtranen rijkelijk vloeiden. Kreten als ‘Doe ik het wel goed’ en ‘Ik ben een slechte moeder’ volgden. Waarop mijn vriend zei: ‘Ik wil het niet horen. Doe niet zo gek, je bent de liefste moeder. Je doet het hartstikke goed.’
Een soortgelijke situatie deed zich voor op haar eerste regeldag. Tot voor kort had ik een hekel aan die term – later daarover meer, maar ik heb nu aan den lijve ondervonden dat zo’n regeldag wel degelijk bestaat. De hele dag huilerig, niet willen slapen (en papa en mama slapen hierdoor natuurlijk ook niet) en nog aanhankelijker dan normaal. Dat zijn lastige dagen, waar wederom de vraag ‘doe ik het wel goed’ meerdere keren door je hoofd spookt – en ook hardop uitgesproken wordt.
Ik appte hierover met een vriendin, moeder van een dochter van 1,5 jaar. Zij schreef de wijze woorden: ‘Altijd onthouden: wat je ook doet, het is goed. Je kunt het niet altijd meteen oplossen. Je baby maakt zoveel mee nu! Het enige wat jullie kunnen doen is haar veilige haven zijn. En dat doen jullie super.’
Soms heb je gewoon de bevestiging nodig. Iemand die zegt: ‘Ja, lieve mama en papa, jullie doen het goed.’ En je hoeft in die eerste week als moeder niet het badje, afdrogen én aankleden af te vinken. Geloof me: er komen nog heel veel aankleedsessies op de commode.
Zo herkenbaar! Ook al zijn onze jongens intussen 34 en 31 jaar, ik kan dat onzekere gevoel van toen nog steeds naar voren halen! Maar: op een gegeven moment draai je er je hand niet meer voor om. En je denkt ineens: hé, ik kan het!